Ongeveer een derde van de mensen ouder dan 65 jaar valt ten minste één keer per jaar. Ongeveer één op de vijf valpartijen leidt tot letsel en ongeveer 10 procent van deze valpartijen leidt tot serieuze verwondingen, zoals een botbreuk of hoofdletsel. Vallen is bij ouderen vrijwel altijd een symptoom waar meerdere oorzaken aan ten grondslag liggen. Zo vallen ouderen die al andere gezondheidsproblemen hebben, zoals hart- en vaatziekten en ziekten van de luchtwegen, relatief vaker. Maar ook veel andere problemen van ouderen kunnen samenhangen met vallen, zoals depressie, ondervoeding, verborgen alcoholisme en het veelvuldig gebruik van medicijnen (polyfarmacie).

Vallen lijkt hierdoor misschien een lastig, complex en daarom moeilijk aan te pakken probleem voor de huisartsenpraktijk. Maar met voldoende kennis over de risicofactoren en een goede samenwerking binnen de zorgketen zijn preventie en behandeling wel degelijk mogelijk. Wanneer een oudere zich na een val meldt in de huisartsenpraktijk, is het belangrijk om goed uit te zoeken wat er precies gebeurd is. Echter, de meeste ouderen gaan niet naar de huisarts wanneer ze gevallen zijn omdat ze denken dat het bij de leeftijd hoort. Ze zien dit niet als een gezondheidsprobleem, zeker wanneer er geen letsel is. Wanneer een oudere om een andere reden de huisartsenpraktijk bezoekt, is dat daarom een mooie gelegenheid om te kijken of die persoon een risico heeft om te vallen. Case-finding heet dat, dat wil zeggen: op zoek gaan naar risicofactoren bij personen die om een andere reden naar de dokter gaan. Op die manier kunnen ouderen met een verhoogd valrisico opgespoord worden en de risicofactoren worden aangepakt.

De doktersassistent speelt daarbij een belangrijke rol. Jij kan risicofactoren signaleren en bepaalt hoe snel de patiënt gezien moet worden door de arts. Ook kan je in begrijpelijke taal adviezen geven om vallen te voorkomen.

In deze nascholing leer je waar je alert op moet zijn als het gaat om herkennen van risicofactoren voor vallen en je leert wat er mogelijk is om een toekomstige val te voorkomen. Dit nascholingsprogramma is gebaseerd op de inhoud van de richtlijn Preventie van valincidenten bij ouderen.

Na afronding van deze nascholing:

• weet je hoe je een oudere met een verhoogd valrisico kunt herkennen.
• ken je de beïnvloedbare risicofactoren.
• weet je wanneer een uitgebreide risicobeoordeling nodig is.
• weet je welke mogelijkheden er zijn om het risico op een val te verlagen.
• weet je welke andere zorgprofessionals betrokken zijn bij valpreventie en wat hun rol daarin is.